Van Scheveningse storm naar een prachtige (uit)hoek.
De dag begon vroeg, nog voor het ontbijt in Scheveningen. Dat gaf me tijd om rustig mijn spullen te sorteren en even tot mezelf te komen voor de dag begon. Een gedwongen rustmoment, wat eigenlijk prima uitpakte.
Toen ik uiteindelijk vertrok, regende het. Maar niet zomaar regen; het kwam horizontaal naar beneden door de harde wind. Langs de boulevard van Scheveningen, langs het imposante Kurhaus, voelde ik me niet echt op mijn plek. Casino’s, strandtenten en toeristendrukte – niet mijn ding. De natuur roept, en na een paar kilometer was ik gelukkig weer in een park en daarna in de duinen.
Alsof de natuur me beloonde, stopte de regen, brak de zon door en veranderde de rest van de dag in een prachtige wandeling. De lucht klaarde op en ik liep door de mooiste duinen vol wilde planten en dieren. En dan, aan de horizon, doemde de Maasvlakte op – een sterk contrast tussen de pracht van de natuur en de industrie van de mens. Maar geen negatieve gedachten vandaag, want zelfs de industrie heeft zijn eigen schoonheid, vooral met de zon erboven.
Een dag vol contrasten, maar ook vol kleine zegeningen. Nu sta ik op een camping, veilig achter een heg, wachtend tot de storm met windkracht 7 gaat liggen. Alles is namelijk net droog en ik ben aangekomen voordat de stortbui losbarstte.
Vandaag vier ik ook een bescheiden feestje, want hier, aan de rand van Hoek van Holland, markeer ik het einde van het Nederlandse Kustpad. Morgen begin ik aan een nieuw hoofdstuk: de GR5, die me helemaal naar Nice zal brengen. Ik zie uit naar dit nieuwe hoofdstuk, tot morgen.